MySpaceTwitterLinkedInPinterest

Vermijdbare vroegtijdige sterfte

Dit weekend was ik in Riga (Letland) om een 2-daagse dysfagiecursus te geven voor zo’n 85 logopedisten en artsen uit de drie Baltische landen. De eerste dag over pathofysiologie en diagnostisch onderzoek, de tweede dag over behandeling, net zoals de basiscursus die ik in Nederland geef, maar dan in het Engels.
Voor een multidisciplinair publiek uit 3 landen met verschillende niveaus van gezondheidszorg en logopedie, probeerde ik nog meer dan anders in de gaten te houden of iedereen het kon volgen. Het werd twee dagen lang college geven, want interactief onderwijs zoals ik dat het liefste doe, was door de grootte van de groep bijna niet mogelijk. Bovendien zijn collega’s in deze (ex-Russische) culturen niet gewend om vragen aan een spreker te stellen of vragen van een spreker te beantwoorden. Zelfs de dokters in de zaal waren erg voorzichtig om hun mening te geven. Met als gevolg dat ik geregeld eerder klaar was dan gepland. Maar dat overkwam me vorige maand ook bij een workshop in Lissabon, dus juist in het zuiden van Europa. In Nederland gaat de eerste hand al de lucht in als ik nog geen minuut aan het woord ben. Wat zegt dat over onze cultuur?
 

Sondevoeding op eigen kosten
Estland, de meest noordelijke van de Baltische landen, is in taal en cultuur meer verbonden met Finland en is logopedisch beslist verder ontwikkeld dan Letland en Litouwen. Maar de Letten hadden het initiatief genomen om deze cursus te organiseren. En voor een goede reden: behandeling van slikstoornissen wordt er nog bijna niet gedaan. Wat dat betekent werd mij in de loop van de dagen duidelijker. Om de financiële drempel voor cursusdeelname heel laag te houden was sponsoring gevonden door een van de bekende multinationale producenten van voedingsmiddelen, die ook medische voeding (sondevoeding en drinkvoeding) en verdikkingsmiddelen produceren. In ruil daarvoor gaven ze een korte presentatie over hun drinkvoeding en verdikkingsmiddel (uiteraard zonder zich met de inhoud van mijn verhaal bemoeid te hebben). Ze legden mij uit dat patiënten in Letland zelf hun drinkvoeding, maar ook eventuele sondevoeding moeten betalen. Later op de dag vertelde mijn gastvrouw dat sondevoeding helemaal niet duur is, want dat is gewoon voeding uit de keuken, die zó vloeibaar wordt gemaakt dat het door een neus-maagsonde of PEG-sonde kan… Nu ben ik geen voedingskundige, maar ik weet wel dat het volume dan evenredig toeneemt, waardoor een volledige en volwaardige voedingsintake bijna niet mogelijk is.  
 
Vermijdbare sterfte?
Mijn stelling dat adequate orale intake in dysfagiebehandeling de hoogste prioriteit heeft en dat de logopedist vervolgens gaat sleutelen aan de efficiëntie van het slikken om daarmee meer voedingsconsistenties op een veilige manier mogelijk te maken (figuur 1), moest even landen. Pas na aandringen was een Letse collega bereid om wat eigen casuïstiek te bespreken, zodat ik de gelegenheid had om praktisch toepasbare feedback te geven en iets beter te begrijpen wat er in hun klinische praktijk gebeurt. Omdat de kennis over slikstoornissen in Letland nog gering is, zowel bij paramedische als bij medische behandelaars, lijken die ook weinig aandacht te hebben voor de voedingstoestand van patiënten. Zeker in de landelijke gebieden, waar mensen pas laat naar de dokter gaan en logopedie nauwelijks beschikbaar is, gaan mensen vermoedelijk nog dood als gevolg van een slikstoornis. In Nederland zouden we dat ‘vermijdbare vroegtijdige sterfte’ noemen.
 
Figuur 1. Hiërarchie in behandeldoelen
 
Ik hoop natuurlijk van harte dat mijn korte kennisoverdracht de aandacht voor slikstoornissen in beweging heeft gezet en dat meer dysfagiepatiënten in Letland behandeling zullen gaan krijgen. In iedere geval zette het voor mij de zaken weer even in perspectief: evenals alle andere ontwikkelingen in de gezondheidszorg wordt de behandeling van slikstoornissen niet alleen bepaald door landelijke beroepsontwikkeling, maar ook door de nationale economie. In Nederland hebben we het veel beter dan in Letland en mensen gaan hier niet dood door ondervoeding, tenzij ze dat zelf verkiezen. Hier mopper ik openlijk over de kwaliteit van dysfagiebehandeling door logopedisten, omdat ik er van overtuigd ben dat het beter kan en vind dat patiënten daar recht op hebben. Daarbij gaat het niet om geld (nou ja, in verhouding dan), maar om de wil en mogelijkheden om het initieel onderwijs aan te passen. De NVLF gaf op dinsdag 25 november ruimte voor dit onderwerp door een discussieavond te organiseren. Alle aanwezigen deelden mijn zorg, maar de oplossingen vragen meer tijd. Goede behandeling van slikstoornissen blijft dus voorlopig op de agenda staan, ook in Nederland.